woensdag 20 februari 2019

Taboe doorbreken; laten we klagen!

Taboe doorbreken; laten we klagen!


Laten we ff lekker ongenuanceerd keihard klagen. Nja we, ik. Want dat kan ik goed. 


Die tweeling hè, die oh zo lieve mooie schattige mopjes. Tis me een stel. Eerst die schijt zwangerschap en toen dat fantastische herstel. Daarna kon het genieten beginnen. Zou je denken dan he, dat hebben we toch zeker een week gedaan. En wat er toen gebeurde, allemachtigprachtig, dat zag je niet terug op Facebook, want hè op Facebook is ieders leven mooi en fantastisch, maar man, ik zeg je dit; die oh zo lieve mooie schattige mopjes kunnen me een partij krijsen! Das niet gewoon. Vijf weken aan een stuk, dag en nacht, vol gas. Of het niks was. Alles uit de kast gehaald, alles geprobeerd. Niets hielp. Ze krijste, allebei, dag en nacht, volgas. Romes met zn engelen geduld trok het ook even niet meer. Toen hij midden in de nacht heel wanhopig zei dat ie ze ‘niet zo aardig vond’ was ik in staat een dansje te doen, TIKKEMAAAAAANVRIEND, ik vind er ook geen moer aan! Godzijdank, hij vond het ook. Dus het lag niet aan mij. Halleluja! Ik was in staat ze weg te doen. Ik Had het nooit echt gedaan natuuk, maar heb getwijfeld. Heb ook getwijfeld om ze met de wind mee te gooien. Ook dat zou ik nooit doen. Maar ik kan nu ergens ver weg begrijpen dat als je iets labieler bent, je met je kind gaat smijten. Gewoon uit onmacht. Romes ging werken en kwam thuis in het gekrijs en dat hield niet op. Ook snachts niet. Dag in, dag uit. Natuurlijk vond hij er niks aan. Er wàs ook niks aan! 


Half 3 snachts heb ik de osteopaat gemaild. Dat was ongeveer het enige wat we nog niet geprobeerd hadden. Ik mailde dat ik de volgende dag zou komen, of er nou plek was of niet. Desnoods zou ik ze in de gang leggen en weggaan, wedden dat ie ze zou gaan helpen. Maar er was plek! Kwart voor negen belde de assistent, kwart over tien zat ik daar. Met gillend tweekoppig orkest. Die arme schatjes bleken helemaal vast te zitten. Ik ondertussen ook. Bij elke snik kreeg ik kramp in mijn nek en schouders. Enfin. We zijn twee keer geweest en echt; engeltjes!


Tis eigenlijk taboe om dit openlijk op het world wide web te zetten. Maar waarom eigenlijk? Baby’s zijn nou eenmaal niet altijd fantastisch. Het is loodzwaar. Je mag het als ouders toch heus af en toe even niet meer zien zitten? Of maakt me dat dan gelijk een slechte ouder? Waarom moet het altijd mooi en prachtig zijn? Een beetje meer medeleven met alle ouders zou fijn zijn. Het kan me niet schelen of je nu de kinderbescherming wil bellen of niet. Ik vond het een verschrikkelijke tijd maar geniet nu intens van ze. Zulke vrolijke baby’s nu. Ze lachen continu. Kijken vrolijk om zich heen. Brabbelen en kraaien. Ze zijn fantastisch. Huilen heus nog wel af en toe, maar dat hoort er bij. 


En hoe erg het ook was, Romes en ik bleven lachen. Met en om elkaar. Op een nacht kwam ik beneden. Meisjes ingebakerd, al gillend, op de rechterhelft van de bank, Romes links met een koptelefoon op, die niet ingeplugd was. ‘Dat dempt het een beetje’ zei die. We zongen en verzonnen liedjes ‘het duurt te lang, je krijst nu al een tijdje, het duurt te laaahaaaaang’ of ‘Mn moeder kan me niiiiiiet verdragen’.


Ik ben blij dat zij nu pijnvrij zijn en niet meer zo huilen. Dus als je me zoekt? Drie maanden na de bevalling zit ik er; die mooie roze wolk en ik kom er voorlopig niet vanaf :).


Ajuuuu!